Paragrafen

Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Risico's

Als gemeente hebben we te maken hebben  een onzekere toekomst en  moeten we ons  voorbereiden op schaarste van geld en menskracht.  Ook is de inschatting  dat mede door het sombere economisch perspectief het onwaarschijnlijk is dat het kabinet meer middelen aan het gemeentefonds zou toevoegen.

Planexploitatierisico's
Na een daling van de huizenprijzen eind  2022 en begin  2023  lijken de  huizenprijzen  in het tweede kwartaal van 2023 weer licht te stijgen. De krapte op de woningmarkt is nog groter geworden. Ook de prijzen van de bouw- en grondkosten zijn in 2023 verder gestegen, onder andere door de oorlog in Oekraïne. Hoe de economie en vastgoedmarkt zich de komende periode gaan ontwikkelen is onduidelijk.  Dit volgen we nauwlettend .De parameters waarmee we de planexploitaties doorrekenen zijn opgesteld met de kennis van vandaag en zijn een zo goed mogelijke inschatting. Deze parameters worden gebruikt bij het opstellen van de VGP 2024, de impact van de parameters wordt verwerkt in de Stadsrekening 2023.

Verdisconteren risico’s uitgezet in de tijd
De risico’s van de gebiedsontwikkelingen worden gepresenteerd op netto contante waarde. Dit is de waarde nu van risico’s in de toekomst. Om de huidige waarde te berekenen wordt gebruik gemaakt van een disconteringsvoet (rente), deze is 2%. Dit is hetzelfde percentage dat gebruikt wordt voor het netto contant maken van het eindresultaat van de planexploitaties. Het rekenen met een disconteringsvoet speelt bij de risico’s Waalsprong, Winkelsteeg en Stationsgebied. De risico’s worden hierdoor verhoogd met respectievelijk € 0,6 miljoen, € 8,5 miljoen en € 3,4 miljoen

Winkelsteeg Kanaalzone
Het risicoprofiel van Winkelsteeg Kanaalzone bedraagt € 69,6 miljoen bij het voorgeschreven zekerheidspercentage van 80%. Dit is € 2,4 miljoen lager  dan bij de vaststelling van de Stadsrekening 2022. In de vorige alinea is aangeven dat door het oprenten de risico’s stijgen met € 8,5 miljoen.  Daarnaast stelt het college voor om de  locatie Lincoln Smitweld facilitair te ontwikkelen. Hierdoor daalt het risico met  € 11 miljoen. Ook kan hierdoor de verliesvoorziening verlaagd worden met € 7 miljoen.

Stationsgebied
Voor de risicoanalyse is, net als bij de planexploitatie Winkelsteeg Kanaalzone, met ondersteuning van het externe bureau Brinkgroep een Monte Carlo risico analyse opgesteld. Hierbij zijn zo reëel mogelijk de financiële risico’s in beeld gebracht en geprijsd. Vervolgens wordt door middel van de Monte Carlo systematiek op basis van 25.000 simulaties de bandbreedte van het projectresultaat bepaald. Op deze wijze is getracht het financiële beeld solide te houden ook voor de toekomst.
Het totale risicoprofiel bedraagt € 28,5 mln. Dit betreft het risicoprofiel van de planexploitaties van de gebiedsexploitatie. In de Stadsrekening 2022 werd rekening gehouden met een risicoprofiel van € 45,2 mln. Door het verdisconteren van de risico’s neemt het risicoprofiel met € 3,4 miljoen toe (zie alinea 'verdisconteren risico's uitgezet in de tijd). Door de bijstelling van de risico’s die samenhangen met  investeringsonderdelen nemen de risico’s met € 20 miljoen af. miljoen). Dit wordt ook beschreven in Bijlage 2: Sturingsmogelijkheden verbeteren resultaat en verminderen risico’s grondexploitaties van het Koersdocument.

Project

Begroting 2023

Stadsrekening 2022

Waalsprong

28.800

28.400

Stationsgebied

28.600

45.200

Waalfront

5.000

5.000

Winkelsteeg Kanaalzone

69.600

72.000

Onderwijshuisvesting

1.900

1.900

Nyma Mercuriuspark

1.200

1.200

Overige projecten

2.200

2.200

Subtotaal

137.300

155.900

dempingsfactor

10%

10%

Totaal

123.570

140.310

Het totale risicoprofiel van de grondexploitaties is daarmee gedaald ten opzichte van de Stadsrekening 2022, van € 155,9 miljoen naar € 137,3 miljoen. Ten opzichte van de Stadsrekening 2022 is het risico Winkelsteeg Kanaalzone afgenomen naar € 69,6 miljoen. Het risico Stationsgebied is afgenomen en is nu € 28,6 miljoen. Het risico Waalfront is licht toegenomen. Mutaties vinden hun oorzaak in planinhoudelijke wijzigingen, een uitname van risico’s op investeringen en civieltechnische kosten en vertragingsrisico’s en de huidige onzekere markt.

Onderstaand een overzicht van de risico’s op de investeringen.

Project

Begroting 2023

Stadsrekening 2022

Valkhofpark

 275

 275

Kop Burchtstraat

Kelfkensbos

375

375

De Hulsen

912

912

Stationsgebied

20.000

Winkelsteeg Kanaalzone

3.800

3.800

Investeringsprojecten

25.362

5.362

Onderstaand een overzicht van de risico's in de tijd. We merken nog op dat we bij het uitzetten in de tijd,  overeenkomstig de afspraken bij de kadernota 2016, de dempingsfactor van 10% achterwege laten.
Hieronder geven we de risico's voor de jaren 2023 tot en met 2027 in afzonderlijke kolommen weer. De risico's van 2028 tot einde looptijd staan in de laatste kolom. Voor Waalsprong geldt als laatste jaar 2033 en voor Waalfront is het laatste risicobedrag in 2028. Voor het Stationsgebied is dat 2030. Voor de planexploitatie Winkelsteeg/Kanaalzone is de inschatting dat deze tot 2042 gaan lopen.

Project

totaal risico

2023

2024

2025

2026

2027

latere jaren

Waalsprong

28.800

32.700

0

-900

-200

900

-3.700

Stationsgebied

28.600

6.600

3.400

2.500

1.000

3.500

11.600

Waalfront

5.100

2.000

900

900

500

400

400

Winkelsteeg Kanaalzone

69.600

3.500

4.900

5.200

7.300

5.500

43.200

Onderwijshuisvesting

1.800

800

600

300

100

0

0

Nyma Mercuriuspark

1.200

700

400

100

0

0

0

Overige projecten

2.200

800

800

300

200

100

0

Totaal

137.300

47.100

11.000

8.400

8.900

10.400

51.500

Programmarisico's

Wij hebben de risico-inventarisatie in ons risicomanagementsysteem geactualiseerd. Deze inventarisatie heeft 1.260 geïdentificeerde risico's opgeleverd die voldoen aan de afgesproken criteria:

  • risico’s met grote financiële gevolgen,
  • waarvoor de oorzaken niet door de gemeente kunnen worden beïnvloed, of waarvoor de gemeente nog niet in staat is geweest om passende beheersingsmaatregelen te treffen om de kans of het gevolg van het risico terug te dringen.

Risico’s die al zijn afgedekt door maatregelen laten we buiten beschouwing.  Het deel van financiële risico’s dat is afgedekt door verzekeringen laten we ook buiten beschouwing.

Bij een zekerheidspercentage van 80% komt uit de Monte Carlo-simulaties, uitgevoerd in het risicomanagementsysteem, een risicoprofiel van € 15,7 miljoen. Hierbij houden we rekening met beheersmaatregelen. Dat is hoger dan bij de Stadsrekening 2022, toen we bij 80% op € 15,3 miljoen uitkwamen. Bij de Stadsrekening 2023 voeren we weer een actualisatie uit van alle risico’s.
Hieronder staat de top 10 met de belangrijkste risico’s, met in de eerste kolom een korte omschrijving van het risico en daarnaast het maximale bedrag dat het risico als nadeel in de begroting tot gevolg kan hebben en een inschatting van de kans dat het risico optreedt

Risico’s gemeentelijke activiteiten exclusief planexploitatierisico's

 Max. netto gevolg x €1 miljoen

Netto Kans %

Invloed (%)

Jeugdzorg - In de afgelopen jaren is er meer uitgegeven aan ambulante jeugdhulp, jGGZ en andere specialistische, regionaal ingekochte jeugdzorg dan we beschikbaar hadden aan middelen, aangezien dit een open einde regeling is. Ondanks dat er interventies zijn geëffectueerd en dat er stevig ingezet wordt op transformatie zijn uitschieters qua kosten mogelijk die niet binnen de begroting kunnen worden opgevangen.

 €3,2

70%

11,99%

De openstelling van de Wet langdurige zorg (wlz) per 1 januari 2021 heeft geleid tot een grotere feitelijke uitstroom van de WMO naar de Wlz dan verwacht. Hierdoor strookt de financiële uitnamen die hieraan was gekoppeld niet meer met de werkelijke uitgaven van VWS. In het bestuurlijk overleg met VWS en de betrokken stakeholders is gesproken over een noodzaak tot het inzetten van financiële maatregelen tenzij er inspanningen worden geleverd om de instroom naar de Wlz af te laten nemen.  
Om het "gat" tussen de daadwerkelijke uitgaven aan Bescherm Wonen en het macrobudget te dichten kan VWS overgaan tot een tariefswijziging wat de integratie-uitkering Bescherm Wonen zal verlagen.

 € 10

25%

9,70%

Gemeentefonds. De ruimte onder het plafond van het Btw-compensatiefonds valt lager uit dan wij geraamd hebben.

 €3

50%

8,22%

Financieel - Maatregelen uit de hervormingsagenda worden betwist door de commissie van wijzen. Zolang er geen overeenstemming is over de landelijke hervormingsagenda kan het gevolg zijn dat besparingen niet realistisch zijn en niet worden behaald. De onderhandelingen tussen VNG en Rijksoverheid over de Hervormingsagenda Jeugd zijn in het voorjaar 2022 stopgezet vanwege de extra bezuiniging die in het Regeerakkoord op de Jeugdwet is opgenomen van € 0,5 miljard. Inmiddels is duidelijk dat de rijksoverheid zelf de verantwoordelijkheid neemt om deze taakstelling te realiseren. VNG en Rijksoverheid hebben afgesproken om het proces van de hervormingsagenda weer op te pakken en toe te werken naar een afronding in november 2022. Onderhandelingen lopen nog steeds en naar verwachting komt er meer duidelijkheid in het 1e kwartaal 2023. De uitkomst hiervan kan dus impact hebben op de maatregelen die we in Nijmegen hebben doorvertaald in de begroting.

 €2

90%

7,73%

Financieel - Vanaf 2026 wordt de Wmo weer inkomensafhankelijk. De Rijksbijdrage aan de gemeente wordt verlaagd, maar het risico bestaat dat het effect van de herinvoering niet tot een grote uitstroom zal leiden en de inkomsten aan eigen bijdragen de afroming van de Rijksbijdrage niet zal compenseren.

 €2

50%

6,40%

Financieel - Invoering van deze taak zonder een financieel akkoord tussen VNG en BZK.

 €3

25%

4,50%

MGR Rijk van Nijmegen. In de begroting 2024-2027 van de MGR worden diverse risico's benoemd op het gebied van beleid en uitvoering. Omdat de MGR geen weerstandsvermogen aanhoudt, dienen de risico's opgenomen te worden in de begroting en jaarrekening van de deelnemende gemeenten. Voor een volledige opsomming van de risico's van de MGR is de begroting 2024-2027 van de MGR te raadplegen. Het totale bedrag aan risico's van de MGR genoemd in de begroting bedraagt € 3.624.000. Het aandeel van de gemeente Nijmegen hierin bedraagt € 2.000.000. De verdeling van het risicobedrag over de deelnemende gemeenten gebeurt op basis van de verdeelsleutel "inwoneraantal".

 €2

30%

3,04%

Wmo Vervoer. Vóór Corona nam de vraag naar vraagafhankelijk vervoer (VAV) jaarlijks fors toe. Tijdens Corona is er aanzienlijk minder gebruik gemaakt van het vervoer en zal naar verwachting nu weer gaan toenemen. In 2023 monitoren we de verdere ontwikkeling van de vraag. De vraag naar VAV kunnen we naar verwachting in 2024 nog opvangen binnen de begroting. Vanaf 2025 wordt dit vermoedelijk een probleem.

 €1

80%

2,59%

BTW Sport  De gemeente kan via een subsidieaanvraag Specifieke Uitkering Sport (SPUK) de aan derden te betalen btw claimen. Het uitkeringsplafond bedraagt landelijk € 184 miljoen. Het uitkeringspercentage voor 2022 bedroeg 73,63%.

 €1,2

50%

2,34%

Wmo HM.- Noodzaak tot inkopen van hulpmiddelen en onderdelen via andere leveranciers. Dit kan leiden tot een kostenverhogend effect. Het is lastig om een goede financiële inschatting hiervan te maken.

 €0,5

90%

2,11%

Onder ‘kans’ schatten we hoe groot de kans is dat het risico zich voordoet.  Bij invloed geven we aan wat het aandeel is op het totale risico. De cijfers in deze twee kolommen kunnen niet zomaar vermenigvuldigd worden. Op basis van de geschatte kans en het financiële risico na toepassen van beheersmaatregelen, voert het risicomanagementsysteem Naris een statistische analyse uit. Op grond daarvan kunnen wij met een redelijke mate van zekerheid beoordelen of ons weerstandsvermogen toereikend is om deze risico’s op te kunnen vangen.

Gemeentefonds
Een belangrijke inkomstenpost voor de gemeente is de gemeentefondsuitkering vanuit het rijk. Deze uitkering is gebaseerd op een aantal parameters, zoals bijvoorbeeld de inwoneraantallen en oppervlakte van gemeenten, maar ook op de rijksuitgaven (de "trap op-trap af systematiek") en de ruimte onder het BCF
(Btw CompensatieFonds).
Ieder jaar blijkt dat de definitieve vaststelling van de gemeentefondsuitkering afwijkt van de verwachting. Deze afwijking kan zowel positief als negatief zijn. Bij ieder Planning en Control (P&C) document herijken we het bedrag van de uitkering en passen we de begroting aan.

Extra middelen voor gemeenten voor jeugdhulp 2024
De Hervormingsagenda Jeugd is op 20 juni 2023 definitief vastgesteld, ondertekend en aangeboden aan de Tweede Kamer en Eerste Kamer. In de meicirculaire 2023 is voor jeugdzorg (landelijk) voor 2024 € 1,45 miljard en voor 2025 € 954 miljoen beschikbaar gesteld. Vanaf 2026 zijn de middelen jeugdzorg nog niet toegevoegd aan het gemeentefonds en heeft de gemeente een stelpost opgenomen.

Ruimte onder het BCF-plafond
Het BCF (Btw Compensatie Fonds) en het gemeentefonds zijn communicerende vaten. Dat wil zeggen dat het bedrag dat in het BCF overblijft nadat alle aanspraken zijn verrekend, wordt toegevoegd aan het gemeentefonds. Tot 2019 werd dit bedrag opgenomen in de meicirculaire en toegevoegd aan de begrote uitkering gemeentefonds van het rijk.  Vanaf 2019 wordt dit bedrag niet meer geraamd, maar alleen nog uitgekeerd op realisatiebasis. In de begroting hebben wij een raming opgenomen voor de ruimte onder het BCF plafond geraamd overeenkomstig het standpunt van de provincie, het ministerie van Binnenlandse zaken en de Vereniging Nederlandse Gemeenten. Het risico bestaat dat die ruimte niet geheel tot uitkering komt, evenals dat wij een risico lopen op afwijkingen tussen realiteit en aannames van de overige parameters.

Vennootschapsbelasting (landelijk verschil van mening tussen de Belastingdienst en de gemeenten)
Met ingang van 2016 zijn gemeenten vennootschapsbelastingplichtig. Wij hebben onderzoek gedaan naar de verplichtingen die hiermee samenhangen. Op de eerste plaats moesten we beoordelen of de gemeente door de 'ondernemerspoort' komt. Daarvoor is bepalend of gemeentelijke activiteiten mogelijkerwijs winst met zich meebrengen. De conclusie is dat de parkeervoorzieningen, de vastgoedtak en de grondexploitaties niet winstgevend zijn.  Over reclameactiviteiten heeft de Belastingdienst het standpunt dat daarmee een onderneming wordt gedreven. De gemeente Nijmegen, en ook andere gemeenten, delen dit standpunt niet. Op 30 augustus 2022 kwam de rechtbank Gelderland tot het oordeel dat het door gemeente Nijmegen ingestelde beroep gegrond is. Op 14 december 2022  hebben we bericht gekregen  van de rechtbank  dat de belastingdienst  in hoger beroep gaat tegen deze uitspraak.  Als de belastingdienst in het hoger beroep als nog in het gelijk gesteld wordt zullen we vanaf 2016  vennootschapsbelasting moeten betalen over deze inkomsten.

Deze pagina is gebouwd op 11/07/2023 13:35:52 met de export van 11/06/2023 14:20:52